Wil alleen maar zwemmen

Bij onze zoektocht naar de kassa word ik afgeleid door een piraat. Vanaf zijn tropische eiland – een hoopje zand in de hal – staart hij ons aan. Hij ziet er ongelukkig uit. Een beetje verloren tussen de houten bankjes, snoep- en chipsautomaten. De illusie van een tropisch eiland vinden we een paar meter achter hem, geschilderd op de donkerste muren van de hal.

Ik denk aan het koude water tijdens het afzwemmen in ditzelfde zwembad zoveel jaren terug. Er was toen geen poging tot een warme aankleding van het zwembad. Het was functioneel; tegeltjes. De hal had bankjes ja, maar geen snoepautomaat en zeker geen piraat. Je kon er wachten met je vochtige haren tot je ouders van de tribune kwamen. Het tochtte, meer niet.

Gelukkig is de rij kort. Ook bij de zevende attractie van Zuid Holland is het dus niet altijd druk. Zouden er ook familiekleedhokjes zijn? Dat is wel zo handig met kleine kinderen. Na een beetje speuren hebben we  geluk. Er is iets dat op een familiekleedhokje lijkt. Een stalen H-kolom splijt een, anders doodgewoon, hokje doormidden. Deze kolom stond een efficiënte ruimteverdeling danig in de weg.  Het zwembad heeft van de nood een deugd gemaakt en bood strak tegen de kolom een waterdicht aankleedkussen aan. Niet ideaal, maar we besloten er maar gebruik van te maken.

Langs de kluisjes – nog steeds zo’n armbandje met sleuteltje en geld terug na afloop –, via de douches naar het peuterbad.  Terwijl ik krampachtig de route naar het bad probeer te herinneren is voor mijn zoon alles nieuw en interessant. Hij kijkt zijn ogen uit. Er kan zelfs geen lachje af. Met moeite baan ik mij een weg door de halfnaakte lijven die ik slechts in verschillende wazigheden kan onderscheiden. Mijn bril ligt namelijk al veilig in het kluisje.

De opzet van het zwembad lijkt niet veranderd sinds mijn zwemlessen. Nog steeds dezelfde baden, duikplanken en glijbaan.  Ook de ‘ wildwaterbaan’ waar je paar meter tussen plastic planten dobbert is er nog. Vroeger was dit het hoogtepunt van het zwembad. Nu maakt het niet eens indruk op mijn zoon. Pas als ik dichterbij kom valt het me op waar hij zich zo over lijkt te verbazen. Het zwembad is inmiddels gerenoveerd. Er is alles aan gedaan om het zwembad eruit te laten zien als boerenschuur. Boven de strook ramen zijn rustieke bakstenen geschilderd en ‘echte’ balken tegen de gevel geplakt. Toppunt zijn luiken die zo te zien echt open en dicht kunnen maar dan voor geschilderde ramen op de muur. Maar wat heeft deze boerenschildering te maken met de piraat bij de ingang? Het doet de zwemmers overduidelijk niets, want zij spelen en gillen vrolijk door met allerlei drijvend speelgoed.

Om mijn nostalgische gevoel voorgoed kwijt te raken drinken we nog een cola in het cafetaria. Ook daar heeft de renovatie huis gehouden. De bar is uitgevoerd in van onderaf aangelichte neprots. Het plafond is toegetakeld met halve boomstammetjes. Tot mijn verrassing blijkt de verbouwing slechts deels geslaagd. Het meubilair hield nog dapper stand. De eikenhouten tafels en stoelen kwamen rechtstreeks uit een bruin cafe of sportkantine; Uit een tijd dat er nog volop asbakken op tafel mochten staan. En ook de gesprekken lijken uit die tijd en plaats te stammen. Op de achtergrond bespreekt men luidruchtig de kansen van ADO vanmiddag bij Ajax. Ik kijk hoe mijn zoon zijn nijntjekoekje eet en mijn gedachten dwalen af. Ik denk: en wij wilden alleen maar zwemmen..

– gepubliceerd in HAACS 4